Op dit moment: Janes Zeghers is geboren op 5 juni 1992 om zes uur ’s ochtends. Janes wil alles tegelijk zijn. Hij is opgeleid als beeldhouwer (bachelor in het KASK) en als vrije kunstenaar (Master Sint-Lucas Gent) maar evengoed schrijver van hele korte teksten die hij zelf sporadisch gedichten durft te noemen, af en toe werkzaam als meubelmaker, soms sociaal-artistiek kunstenaar, regisseur bij de Zwarte Zusters, spits bij Schwalbe 04, koersfanaat maar bovenal maker van performances waarin hij een zoektocht onderneemt om al zijn deel-ikken bijeen te brengen. Janes interesseert zich voor grensgevallen, voor multipele personages die schakelen tussen verschillende ficties. Bijvoorbeeld die van het maken, die van de identiteit, die van de sport, het geloof, de gemeenschap. De gekunsteldheid in een tentoonstellingsruimte of de theaterzaal probeert hij te counteren door het dagelijks poëtische te tonen.
terug
, speelt de performance ‘IANUS’ van Janes Zeghers.
Deze is nog te zien tot 21u in ‘GASMETERLAAN 203’.
Zolang de performance duurt kan deze website niet worden bezocht.
15', 25 augustus 2023

15' in case of an emergency
Brugge

Het festivalterrein van Konvooi 2023 bestaat uit een lange kade in de haven van Brugge. Doorheen de week rijd het er vol met trucks, kranen en ander gevaarlijk materieel. Maar tijdens het festival is alles er rustig. Tot een performer op de kade komt gelopen. Met in hun handen een grote stapel schilderijen. Schreeuwend dat iedereen moet evacueren worden de schilderijen aan het publiek uit gedeeld. Een almaar groter wordende groep mensen draagt de vele fluoriserende schilderijen met zich mee. Op de schilderijen staan iconen afgebeeld die waarschuwen voor het gevaar dat daar in de haven, doorheen de week, te vinden is. De groep mensen, onder leiding van een alarmerend schreeuwende performer begeeft zich naar een uiteinde van de kade. Daar aangekomen en geteld door de performer, begint een geluidsopname te spelen. Een luide montage van de geluiden die de havenmachines maken loeit door de haven. En daar, in de verte, dwars door de oorverdovende werkzaamheden komt een tweede performer aangerend. Te laat voor de evacuatie sprint die de hele kade af en eenmaal aangekomen bij het publiek steekt die hun hoofd door een rond gat in een groot schilderij. Het schilderij is een replica van de groene verzamelborden. Met het hoofd in het verzamelbord hijgt de tweede performer uit. Iedereen is er, iedereen is veilig.

Een project van een-twee

terug
60', 8 maart 2022

60' Dag 4
Gent

In een verduisterde ruimte staan drie figuren de laatste lampjes in te draaien in een armatuur die tweehonderdvierenzestig lampen telt. Een gigantische lichtbron dus. Ergens speelt een radio zachtjes klassieke muziek. Over de vloer liggen her en der metalen stukken, waterzakken, buizen verspreid. Deze drie performers zullen een uur lang op bouwen en ombouwen om vijf verschillende lichtsculpturen te tonen. Met muziek, een tekst en een spanningsboog brengen ze ode aan het licht.

Een project vancompagnie Frieda

terug
30 juni 2018

90'
Ronse

Hier is de link naar het de evenementpagina

terug
90', 11 januari 2018

90'Ianus
Gasmeterlaan 203, Gent

Van het huis in de Gasmeterlaan 203 zijn alle rolluiken neergelaten uitgenomen dat van de kamer op het eerste verdiep. Van op straat kan je een groenige gloed zien en voor het raam van de kamer op het eerste verdiep staat een ladder. Het publiek beklimt de ladder, waarna ze voor die hachelijke onderneming beloont worden. Er zijn wortels en bloemkool en cocktailsaus en cava en op de muur wordt een website geprojecteerd ‘janeszeghers.be'. Er is een receptie en als iedereen is toegekomen houdt Victor een speech, daarna houdt Janes een speech. Ze vertellen niet zo veel in het bijzonder, maar ze hebben samen een website gemaakt. De projectie toont een groene achtergrond waar in witte letters volgende boodschap te lezen valt: Op dit moment speelt de performance Ianus van Janes Zeghers. Deze is nog te zien tot 21u in de Gasmeterlaan 203. Zolang de performance duurt kan deze site niet bezocht worden. Om 21u, na de toespraken, veranderd er iets aan het beeld dat in het groot op een van de muren van de kamer wordt geprojecteerd. De website is nu officieel geopend en online. Maar steeds wanneer een performance van Janes doorgaat, zal ze niet kunnen worden bezocht. Na het feestelijke openingsmoment worden er wat dansplaatjes door de dj voorzien. Voor een dik halfuur is er een dansfeest, waarna het evenement voorbij is en de aanwezigen weer langs de ladder naar beneden klimmen.

terug
300', 16 november 2017

150'
inkomhal SMAK Gent

De context: een avondvullende programmatie, video’s en performances. Eén kwart uur na het aanvatten van de avond wordt een sokkel de ruimte binnen gereden op een duveltje. De sokkel wordt neer gezet, centraal in de ruimte, met de achterkant richting de parking die zich voor het museum bevind, aan de zijkant bevind zich de bar. In de sokkel zit een man. Op de plek waar zijn been, zijn arm, zijn achterwerk en rug zich bevinden zijn er uitsparingen in de sokkel voorzien. Op die plekken komt het lichaam uit de sokkel, de andere delen van het lichaam zijn verborgen binnenin de sokkel. Het hoofd van de man ligt op een klein kussentje bovenop de sokkel. In zijn oren zitten oordopjes, hij probeert te slapen. Zo staat het sculptuur daar, terwijl er van alle soorten performances doorgaan rondom, stil. Na ongeveer twee uur en een half is het lichaam van de man pijnlijk geworden en wanneer iemand van de organisatie langskomt met de vraag of alles ok gaat, fluistert hij dat het welletjes is geweest. Niet exact in die bewoording natuurlijk, hij zegt: ik heb nood aan pauze. Niet veel later worden de sokkel en de man die erin zit terug op het duveltje geladen en doorheen het aanwezige publiek de ruimte uit gereden.

terug
720', 7 oktober 2017

720': THEAUTHOR/THETHIEF
Croxhapox Gent

Jonathan denkt na over het thema van het auteurschap. Hij maakt dan ook tekeningen waarbij hij beelden ontleent en soms gewoon afpakt. Hij was het zich toe-eigenen moe en gaf, bij wijze van omgekeerde beweging, zijn tekeningen weg. Aan Janes. De tekeningen hangen rastergewijs op aan de witte muren in de ruimte. Voor een van de witte muren staat een bureau met een grote computer en een printer op. In het raster ontbreekt er één tekening, die tekening ligt op het bureau bij Janes. Hij kijkt naar de tekening en gunt zichzelf twee minuten de tijd om het origineel, dat zich ergens op het internet bevind, terug te vinden. Na de twee minuten print hij het origineel beeld uit, loopt terug naar de leegte in het raster waar hij zijn print ophangt. Janes vervangt, naarmate de tijd vordert, alle tekeningen door hun originelen.

terug
17', 31 augustus 2017

17'
Bar Bricolage Gent

Een enkele performer, blote voeten, korte broek, bloot bovenlijf, sleurt een blauwe hardsteen de ruimte in. Traag en met verschillende technieken laat hij de steen de ruimte diagonaal doorkruisen. Nu haalt hij een lange plank, drie meter of zo, en legt die op een ander plek in de ruimte neer. Hij brengt nog vier zo'n lange planken en een kortere en maakt er een hoop van. Daarna rijdt hij drie giraffen de ruimte binnen. Een giraf is ook wel gekend als een motorblokkraan. De steen krijgt zo'n kraan, de houten planken ook en dan is er nog een over. Met wat hulp van het publiek hangt hij de steen en het pak hout aan en weegschaal die telkens aan de haak van een kraan hangt. Daarna hangt hij zichzelf aan de derde kraan. De drie dingen wegen evenveel en de performer geeft een blad papier aan een van de omstaanders uit het publiek. De omstaander leest voor:

Ik wil een steen zijn

Ik ben jaloers op de dingen. Jaloers op de duidelijkheid die ze hebben. Een weegschaal is duidelijk een weegschaal, een steen een steen. Plus, ze ademen niet, ze kunnen onder water, ze weten altijd de weg omdat ze nergens anders hoeven te zijn en zelfs in het kapotgaan van de dingen zijn ze onverstoord duidelijk. Een kapotte weegschaal, een kapotte steen.

Mijn uit elkaar vallen kent niet zo’n goeie woorden om het te beschrijven. Gemis of weemoed, dat zijn zo’n vage begrippen. Saudade. Dat is het Portugees voor de manier waarop wij in stukken vallen. Ons breken is niet dat van een glas dat op de grond valt maar een heel traag uiteendrijven, als van continenten.

Stenen zijn echter een uitzondering. Ik heb nog niemand horen spreken van een ‘kapotte steen’. Een steen die je in twee breekt wordt simpelweg twee kleinere stenen. Een glas dat in twee breekt noem je geen kleiner glas maar een kapot glas, gebroken.

Een steen is op een manier immuun aan kapotgaan, op het moment dat die breekt bestaat ie alweer. Er gaat geen tijd over.

Het zien van een kapotte weegschaal maakt nostalgische gevoelens in me los, terwijl het zien van een steen me nooit herinnert aan de grotere steen die ervoor bestaan moet hebben. Ik ben blij met de steen die ik vind, de vorm, het gewicht, de textuur.
terug
12 x 4', 7 juli 2017

12 x 4'
voortuin in Oostakker

In de voortuin staat mijn auto opgesteld. In de achtertuin speelt straks een huiskamerconcert van Thans of Nooit, een muzikant en woordkunstenaar die mij voor deze avond heeft uitgenodigd. In mijn auto is steeds plaats voor maximaal vier publiek. Zo komt het dat ik mijn voorstelling in 'loop' speel, zodat alle aanwezigen de kans krijgen om het mee te maken. Het publiek neemt plaats op de achterbank en de passagierszetel, ik zit aan het stuurwiel. Het begint met een bandje dat via de autoradio speelt. Een gebald intimistisch avontuurtje. Ze horen mijn stem op de radio, lezen een gedicht dat op het raam wordt geplakt, kunnen naar mij kijken als ik in de auto zit en als ik voor de auto sta en ze houden mijn kop in klei vast. Een performatief zelfportret.

terug
23', 14 april 2017

23'
In De Ruimte Gent

Een man van rond de vijftig, een jongen en een meisje van iets over de twintig starten na een aankondiging met het verwerken van houten latten en planken. Ze doen dat met een afkortzaag en twee accu boormachines en ze spreken niet met elkaar, hoogstens met gebaren. Ze maken drie draagberries. Die bestaan telkens uit twee lange balken met in het midden een vierkanten plankje. Als de draagberries klaar zijn gaat het meisje op een ervan staan. Ze wordt opgetild door haar twee collega's, net zolang tot de armen van haar collega's moe worden. Ze wordt neergezet waarna de oudere man op de tweede draagberrie plaatsneemt en door de anderen wordt opgetild. Volgens de logica zou nu de jonge man op de draagberrie moeten gaan staan, maar hij loopt in plaats daarvan naar het publiek, dat zich in een halve cirkel om de gebeurtenissen heeft verzameld, pakt een jong meisje op, van een jaar of elf en zet dat jonge meisje op de draagberrie. Ze lacht een beetje verlegen. Ondertussen loopt de jonge man doorheen de ruimte en stelt achter de rug van het publiek een spreekgestoelte klaar. Bij het gestoelte plaatst de jonge man latjes, een bierflesje, een tube verf die de vorm van microfoons en statieven lijken te hebben. Hij haalt nu het meisje van haar draagberrie en houdt haar op voor de 'diy' microfoons. Ze krijgt van hem een papier overhandigd en begint voor te lezen. Ze durft lezen, af en toe struikelt ze over haar woorden en lacht ze eventjes. De tekst gaat over politiek en over maskers en over Plato, maar staat niet zo sterk op zich, gelukkig was het jonge meisje er om de boel te redden. Als haar lezen ten einde was, kwamen haar beide voeten eindelijk terug op de grond en ontsproot er een applaus.

terug
1'30", 11 februari 2016

27': Het Paradijs

Op een regenactige winterdag sta ik op een brug over de autostrade met een vlag te zwaaien. Op de vlag staat in grote lichtblauwe letters WELKOM. De brug loopt over de autostrade net waar de Belgisch-Franse grens ook over de autostrade loopt. Ik heet de chauffeurs die uit Frankrijk komen welkom. Af en toe is er een camioneur die claxonneert. Ik geloof graag dat dat een soort applaus is.

terug
960' (2 x 480'), 28 juni 2015

960' (2 x 480')
oude bibliotheek Sint-Lucas Beeldende Kunst Gent

In de oude bib staan vijf banken opgesteld, van laag naar hoog, een soort tribune. Er is een microfoonstatief met een microfoon verbonden aan een actieve box, een voetbal en in de hoek van de ruimte staat een printer. Ik sta aan de deur en zeg tegen voorbijgangers die de eindejaarstentoonstelling bezoeken: 'kom binnen, ik geef een mini-lezing, duurt vijf minuutjes'. De meeste mensen die ik aanspreek komen ook daadwerkelijk binnen. Mijn lezing begint met het printen van een beeld. Daarna zoek ik één van mijn gedichten uit, loop met de twee vellen papier naar het microstaftief en geef de mensen die op de tribune zitten de structuur van de lezing mee. Er zijn drie hoofdstukken. één. het voordragen van een gedicht twee. het toelichten van het beeld dat ik printte en dat altijd gaat over één va mijn performances drie slot. een truc met de voetbal. Heel veel mensen bleven na de lezing nog wat zitten, sommigen hadden vragen, anderen hadden nood aan een babbeltje omdat zo'n eindejaarstentoonstelling toch zwaar weegt.

terug
172', 16 juni 2015

172': how to janes zeghers
beeldhouwatelier Sint-Lucas Beeldende Kunst Gent

De beeldhouwklas is een grote ruimte, het doet denken aan een kleine versie van het Gard du Nord in Parijs. Veel ruimte, veel licht een metalen constructie waarop het doorschijnende dak rust. De ruimte is bij het aanvatten van de performance bijna helemaal leeg, geveegd ook. Een deur, die naar de rest van de school leidt en een poort, die uitgeeft op de straat, staan open. Er staat behalve een remorque niks. De aanhangwagen is, zoals dat hoort, aan een trekhaak geklikt, de trekhaak hangt aan een van de metalen stijlen die vrij in de ruimte staan. Er zijn in totaal acht performers die tijdens het stuk op onregelmatige basis alleen, in kleine groepjes of allemaal samen performen.

Uit de aanhangwagen halen vijf performers gewichten, houten latten, twee platen (grenen), vijsmachines. Daarmee construeren ze een aanplakbord, dat doet misschien denken aan de verkiezingsborden die in het gras staan opgesteld. Aan het aanplakbord worden plannen opgeplakt door Inca. Inca is in feite de regisseuse van de namiddag, zij bepaalt het ritme.

Iemand haalt uit de remorque een gele bierbak die omgekeerd op de grond wordt gezet en daarnaast komt een luidspreker te staan. Een van de performers neemt de luidspreker ter hand, stapt op de bierbak en haalt een briefje uit de achterzak, zoals het een betoger betaamt. Hij leest met galmende stem voor:

het geweer dat ik van schouder heb verwisseld hangt zwaar, zoals bomen die rond een stenen paaltje groeien in mijn schouder terwijl ik de trappen van het bordes opwandel, gonst het bloed al door mijn aders, door mijn hersens ik denk sneller dan mijn schaduw staat in stenen letters boven de statige ingang gekapt. Ik loop onder de zuilengang door, de wijdtopengesperde eikenhouten poorten binnen. Het museum, dat zich aan weerszijden van de centrale hal uitstrekt, een deel met oude kunst en een deel met nieuwe kunst, stinkt naar oorlog naar verval een mistige rook belemmert me het zicht, mijn vingers nemen de leren riem van mijn schouders over en in mijn andere hand voel ik het koele metaal van mijn jachtgeweer. Schuinweg loop ik de middenbeuk van het gebouw door, glip een opening binnen en richt en vuur op al wat niet beweegt. Er zijn lichtflitsen en in de verte hoor ik af en toe het geweervuur van de strijd of het gekinkel van een of andere obus.

Met steeds een van mijn schouders een muur volgend, kam ik kamer na kamer uit. De eenzaamheid van ieders geschiedenis dompelt me onder in een toestand van chaos waarin ik misschien per ongeluk twee van de goeie doodschiet. Ach, ik weet het allemaal niet zo goed meer. In de witte muren van het museum zijn schietgaten te zien, van waaruit bloed de vloer op gutst. Even absurd als luguber klampen anderen mij aan, zij hebben hun kogels verloren misschien, of zijn gek geworden. Het jachtgeweer, dat onder me trilt en schokt als ik het laat afgaan, kan ik niet anders dan kwijt spelen in deze apocalyps. Al verdedigend en terugwijkend vind ik een laatste toevluchtsoord in een soort transitruimte die voor de ingang van een lift is gebouwd. Ik verschans me er en verlies, naast mijn tijdsbesef ook mijn zelfbewust zijn in het algemeen.

Na wat een dag leek, strompelde ik, radeloos van de honger, mijn schuilplaats uit. Om me heen de uitzichtloosheid van vergane glorie. Gedeeltes schoonheid staarden me aan, her en der brokstukken. De uitputting maakte mijn begrip traag, maar stilaan druppelde het besef door. Robuuste marmeren beelden waar vingers van geschoten waren, lekgeschoten schilderijen die halfweg nog aan de muur hingen van waaruit alle betekenis was weggespoeld. Een Broodhaerts met een kogel door, een Brancusi met geschonden zijkanten. Wat had ik allemaal niet aangericht in mijn radeloosheid.

Na het opruimen van bierbak en megafoon is het weer aan Inca. Ze plakt een nieuw bouwplan aan het aanplakbord. Deze keer beginnen vijf mannen verwoed twee door spanlinten samengehouden pakken hout uit de aanhangwagen te heisen. Ze brengen ze naar een centraal punt in de ruimte en bouwen met al het hout een soortement van voetbalkooi. Een houten staketsel waarrond groene netten worden gespannen. In het houstkelet zijn ook twee kleine doelen verwerkt. Eenmaal het voetbalterrein af is, kleedt één van de performers zich om. Hij trekt een voetbaloutfit aan, rode bloes, zwarte broek, hoog knalrood opgetrokken sokken, doet zijn lang krulhaar in een dotje.
Eenmaal in de voetbalkooi te hebben plaatsgenomen, werpt Inca hem de bal toe waarna hij begint aan een eenzame match. Hij scoort, haalt de bal vervolgens uit het doel, legt die in het midden van het veld en scoort in het andere doel. Zo gaat het een half uur à veertig minuten door.

Vijf performers breken de voetbalinstallatie terug af, leggen het materiaal in de aanhangwagen. Inca plakt het laatste plan op. De bouwers voeren uit en als de draagconstructie klaar is, nemen alle performers plaats om samen het sculptuur op hun schouders te nemen. Hun gezichten in de richting van de openstaande poort.*

De draagconstructie wordt afgebroken, alsook het aanplakbord. Zo wordt de ruimte weer leeg, uitgenomen de aanhangwagen, en stil. Het publiek aplaudiseert en als er enkel nog performers, fotografen en mijn vader en moeder overblijven eten we een heerlijk slaatje om de dag af te sluiten.

*Lees meer over het draagsculptuur op 13 januari 2015

terug
90', 17 mei 2015

904' (nooit plaatsgevonden)

Samen eten. Dat was het idee. Ik had uit drie grote stukken lindehout een grote ronde tafel vervaardigd. In de linde had ik zes borden gesculpteerd, de borden voor de maaltijd zaten dus vervat in het vlak van de tafel. Aan de tafel waren geen poten voorzien, het blad zouden we op onze schoot moeten genomen hebben om te kunnen eten. Er waren zes plaatsen voorzien, daar zouden Anne, Marec, Eve, Boudy en Margot aan plaatsnemen. Na alles in gereedheid te hebben gebracht en nadat de genodigden gearriveerd waren heb ik de performance afgelast. Waarom blijft me tot op heden een raadsel.

terug
34', 13 januari 2015

34'
witte gang, eerste verdiep Sint-Lucas Beeldende Kunst Gent

Wanneer het publiek (in dit geval de masterjury) de ruimte binnenkomt, tillen acht ietwat oudere manen een draagsculptuur tot op hun schouders. Zij staan alleen op een klein rechthoekig sokkeltje waar hun beide voeten precies op passen. De hoogte van de sokkeltjes is zo gekozen dat de schouders van de dragers net even hoog komen. Het sculptuur is een soort van achthoekig platform. Initieel was het idee om per optocht door de stad te trekken. Een processie à la Alÿs. Maar dat idee stolde in één stilstaand beeld. De constructie wordt opgehouden net zolang tot de dragers het welletjes vinden, dwz dat ze in elkaars draaggedrag de fysieke klachten die ze zelf hebben herkennen. Na het neerzetten en het afstappen krijgen de dragers een applaus en van een jurylid zelfs een hand.

terug
480', 15 juni 2013

480'

Aan het begin van de dag liggen 17 pakketjes klaar. De pakketjes bestaan uit in het atelier gevonden materiaal: hout, een handvat van een raam, een gipsen kop,.. Deze objecten zijn gegroepeerd en worden per tesa crep in verschillende pakketjes bijeengehouden. Om 8u30 maakt de performer het eerste pakketje los en bouwt hij met het materiaal dat erin zit een evenwichtssculptuur. Eenmaal het evenwicht gevonden bouwt hij, gebruik makend van het volgende pakketje een nieuwe evenwichtsculptuur en zo verder en zo voort. Terwijl de performer bouwt en zoekt naar evenwicht valt hier en daar al een van de eerder gebouwde sculpturen om. Wanneer alle pakketjes verwerkt zijn begint voor de performer het wachten. Hij wacht tot alle werken zijn omgevallen, waarna hij ze terug in pakketjes bijeenbrengt, klaar voor vervoer.

terug